Vraag over artikel 9:8 lid 3 Awb

  • 2 jan
  • Nicole Sangen
  • 3
  • 767
Nicole Sangen
De Raadbaak
  • Andre van Mierlo
  • Natalia Molina
  • Melvin van Schaijk

Bij een voorliggende klacht is de conclusie dat de klacht enerzijds betrekking heeft op een gedraging van meer dan een jaar (nl. 10 jaar) geleden anderzijds is de onderliggende zaak (ook) onderdeel geweest van een civiele procedure. Reden om artikel 9:8 Awb toe te passen. Lid 3 van artikel 9:8 bepaalt:
Van het niet in behandeling nemen van de klacht wordt de klager zo spoedig mogelijk doch uiterlijk binnen vier weken na ontvangst van het klaagschrift schriftelijk in kennis gesteld.

Deze termijn van 4 weken is net verstreken. Wat is nu het rechtsgevolg? Dat de klacht alsnog inhoudelijk moet worden beoordeeld; echter, de genoemde gronden (meer dan 1 jaar geleden en civiele procedure) blijven bestaan. (in het kader van de informele aanpak is telefonisch contact met klager opgenomen)

Reacties

3 reacties, meest recent: 5 januari 2024
  • Aangepast op 3 januari 2024

    Ik vond dit rapport: https://www.nationaleombudsman.nl/system/files/rapport/20150070%20R%20201407174%2025-03-2015.pdf

    Zie met name: "Ingevolge het bepaalde in artikel 9:8, derde lid van de Awb wordt de klager van het niet in behandeling nemen van de klacht zo spoedig mogelijk, doch uiterlijk binnen vier weken na ontvangst van het klaagschrift schriftelijk in kennis gesteld. Vastgesteld dient te worden dat de schriftelijke reactie dateert van 30 mei 2013, terwijl het klaagschrift is gevoegd bij een e-mailbericht dat op 25 april 2013 bij de gemeenteraad is binnengekomen. Nog afgezien van de vraag of de oorspronkelijke email van verzoeker van 28 januari 2013 aan de raadsleden afzonderlijk als een door de gemeenteraad ontvangen klacht moet worden aangemerkt, dient te worden vastgesteld dat de termijn van vier weken, zij het slechts met enkele dagen, is overschreden."

    Dit betekent m.i. dat wanneer je als bestuursorgaan alsnog besluit de klacht niet inhoudelijk te behandelen, het bestuursorgaan in ieder geval kan worden tegengeworpen dat niet is gehandeld in overeenstemming met het vereiste van voortvarendheid.

    Melvin van Schaijk
  • Hai Nicole,

    Als ik je goed begrijp nemen jullie de klacht op grond van artikel 9:8, eerste lid, van de Awb niet in behandeling. In de Ombudsvisie op Professionele Klachtbehandeling wijst de ombudsman erop dat klachtbehandeling in die gevallen niet hoeft, maar dus wel mag. Als een overheidsinstantie de klacht in zo’n geval niet behandelt en de burger hier bij ons als ombudsman over klaagt, dan kijken wij of de overheidsinstantie goed gemotiveerd heeft waarom zij gebruikmaakt van de mogelijkheid om de klacht niet te behandelen. Je kan dan bijvoorbeeld denken aan een situatie waarin het tijdsverloop het onderzoeken van de klacht feitelijk onmogelijk maakt. Zie hierover ook Professionele klachtbehandeling door de politie, 2021/002, p. 25, onder 6.3.

    Artikel 9:8, derde lid, van de Awb gaat over de termijn waarop de overheidsinstantie aan de burger moet laten weten de klacht niet te behandelen. Ik begrijp dat jullie in dit geval die termijn van vier weken niet halen. Je schrijft dat er telefonisch contact is geweest in het kader van de informele aanpak. De ombudsman is voorstander van dergelijk contact, juist ook wanneer de instantie voornemens is om een klacht niet formeel te gaan behandelen (zie Ombudsvisie op Professionele Klachtbehandeling, 2018/005, p. 31, onder 4.5). In dat contact kan worden getoetst wat de kern van de klacht is en of er misschien aanleiding bestaat de klacht toch te behandelen. Ook is er ruimte voor uitleg over de regels van klachtbehandeling, zoals artikel 9:8. Mijns inziens zou het passend zijn om in dit telefonische contact ook uit te leggen dat de beslissing om de klacht niet te behandelen normaal binnen vier weken genomen moet zijn, maar dat en waarom dat hier niet gelukt is. En dus te erkennen dat dit langer heeft geduurd dan de burger eigenlijk mocht verwachten en hiervoor excuses aan te bieden.

    Het enkele feit dat de (mededeling van de) beslissing te lang op zich heeft laten wachten, is in mijn ogen op zichzelf geen reden om de klacht alsnog te behandelen, áls er in eerste instantie goede redenen waren om dat niet te doen.

    Hartelijke groet,

    Natalia

    Natalia Molina
  • Allen , hartelijk dank voor jullie duidelijke reacties.

    Nicole Sangen